Aarding schrikdraadapparaat

De aarding van het schrikdraadapparaat is essentieel voor een goede werking van het schrikdraadapparaat. Je wil dat het dier dat de afrastering raakt, schrikt door de stroomschok die het dier krijgt door de aanraking. De schok kan alleen krachtig genoeg zijn om een schrikreactie te krijgen als de aarding voldoende is. Hoe krachtiger het schrikdraadapparaat, hoe meer energie er door het apparaat wordt gegenereerd. En hoe meer energie ook weer moet worden teruggeleid door de aarding om een goede afrastering te hebben. Dus hoe krachtiger het appraat hoe meer aardpennen nodig zijn. Daarom is het belangrijk om het advies van het aantal aardpennen en de lengte van de aardpennen te volgen. 

Aarding schrikdraadapparaat aanleggen

Bij het aanleggen van de aarding is het daarnaast belangrijk om ook te kijken naar de samenstelling van de bodem. Dit is ook van invloed op de functie van de aarding. Bij een zanderige of droge bodem is het verstandig om de aardpennen te plaatsen in Betonite aardingsmix.

De juiste aardiing is cruciaal voor een goede werking van uw elektrische afrastering

Aarding schrikdraadapparaat aardpennen

1. Nadat je het schrikdraadapparaat volgens de handleiding hebt gemonteerd op een zo centraal mogelijke plaats ten opzichte van de afrastering, ga je de aardpennen plaatsen. 

2. Bij het schrikdraadapparaat staat een advies voor de lengte van de aardpen en het aantal aardpennen. Het advies is gebaseerd op de kracht van het schrikdraadapparaat en de lengte van de afrastering. Door het advies te volgen, zorg je ervoor dat ook aan het einde van de afrastering voldoende spanning staat. 

3. Om de aardpen te plaatsen, boor je met een grondboor een gat. Het gat moet zo diep zijn, dat de aardpen geheel in de grond verdwijnt, ongeveer 10cm onder het maaiveld. 
Als er meer aardpennen nodig zijn, plaats je de tweede aardpen op een afstand van 1,5 keer de lengte van de aardpen. Hiermee wordt de onderlinge afstand tussen 2 aardpennen met een lengte van 2 meter, dus 3 meter. Bij aardpennen van 1 meter is de onderlinge afstand 1,5 meter. Op de aardpen plaats je een aardklem.

Aarding schrikdraadapparaat grondkabel

4. Met een dubbel geïsoleerde grondkabel maak je een verbinding tussen het schrikdraadapparaat en de eerste aardpen van de aarding. Je hebt hiervoor een speciale grondkabel nodig. Deze heeft namelijk een kern van gegalvaniseerd draad en is dubbel geïsoleerd, wat kortsluitingen voorkomt. Invloeden van buitenaf (storingen) hebben zo minder invloed op de afrastering.

5. Je bevestigt de dubbel geisoleerde kabel aan de aardpen en aan de groene knop van het schrikdraadapparaat. Afhankelijk van de afstand en het schrikdraadapparaat heb je 1,6mm of 2,5mm dubbel geisoleerde grondkabel nodig. Hoe dunner de kern van de grondkabel, hoe hoger de weerstand. De grondkabel met een dikte van 2,7mm heeft een kleinere weerstand dan de grondkabel met een dikte van 1,6mm. De grondkabel met een dikte van 2,7mm is ideaal om energie over langere afstanden onder de grond te transporteren. Is de afstand tot de afrastering 25 meter of meer, gebruik dan altijd een grondkabel met een dikte van 2,5mm of 2,7mm. Bij ieder schrikdraadapparaat adviseren wij je ook over welke grondkabel geschikt is. 

6. De aardpen met de grondkabel graaf je 10 cm onder het grondniveau in. Bij meerdere aardpennen verbind je de eerste met de tweede aardpen door middel van de dubbel geïsoleerde grondkabel en de tweede met de derde, enz. 

Aarding schrikdraadapparaat Betonite aardingsmix

7. Als de bodem waar de aardpen wordt geplaatst zanderig of droog is, raden wij je aan om het gat met de aardpen tot aan de aardklem op te vullen met Betonite aardingsmix.

Daarna vul je het laatste deel van het gat met de overgebleven grond en bewater het totdat de bodem weer egaal is. Deze stap herhaal jevoor elke aardpen. 

WitWay: Voor degenen die het gaan maken!